Psychomotoriek
Lichaamsbesef en lichaamsorganisatie
Het lichaamsbesef ontwikkelt parallel met de groei van het kind. Door te bewegen leert een kind zijn eigen lichaam en de ruimte om zich heen beter kennen. Dit vormt een stevig referentiekader om tot een juist ruimtelijk inzicht en oriëntatie te komen.
Om een goede lichaamsorganisatie te verwerven moet een kind meerdere niveaus behalen. Wanneer één of meerdere niveaus niet behaald worden, heeft dit invloed op de verdere ontwikkeling van het kind.
Ruimtelijk inzicht en oriëntatie
Bij het bewegen ontdekt een kind de ruimte om zich heen. In dit leerproces start het kind vanuit het eigen lichaam en hoe andere personen of voorwerpen zich daartoe verhouden. Aan de hand van dit referentiekader leert en evolueert een kind naar een meer abstracter niveau. Dit heeft een kind nodig bij veel schoolse vaardigheden.
Executieve functies
Een moeilijke term die niet in één zin te omschrijven valt. Onder deze functies vallen taken zoals: planning, inhibitie, werkgeheugen, gerichte aandacht, … Functies die nodig zijn om zelfstandig aan het werk te gaan, zonder sturing van anderen. Wanneer problemen bij één of meerdere van deze functies opduiken, kunnen wij als therapeut met het kind naar een gedragsverandering toewerken. De bedoeling is om dit aan de hand van verschillende motorische opdrachten in te oefenen, waardoor het kind dit op termijn zelf kan gaan toepassen in het dagelijkse leven.
Lateralisatie
Lateralisatie is gebaseerd op een complex proces in beide hersenhelften, die ervoor zorgt dat de twee handen een onderlinge taakverdeling ontwikkelen. De ene hand gaat de taak uitvoeren, de andere hand assisteert en tussen beide handen bestaat een goede coördinatie.
Kinderen met lateralisatieproblemen blijven vaak lang twijfelen over hun voorkeurshand en hebben moeite met de bewegingsrichtingen van links naar rechts.
Bij kleuters kenmerkt zich dit door opdrachten in een foute richting oplossen, problemen met de voorbereidende schrijfmotorische oefeningen en een beperkt inzicht in plaatsbegrippen.
Bij kinderen uit de lagere school groeit dit uit tot verschillende problemen bij lezen, spelling en rekenen. In dit geval is een goede samenwerking met een logopedist en de school erg belangrijk.
Grove motoriek
Doorheen de groei ontwikkelt een kind verschillende grofmotorische vaardigheden. Dit begint tijdens de baby- en peutertijd met het ontwikkelen van evenwicht, kracht en stabiliteit om basismotorische vaardigheden zoals rollen, kruipen, stappen, … onder de knie te krijgen. Deze vormen letterlijk de basis om later complexere motorische vaardigheden aan te leren zoals bv. fietsen, springen, zwemmen en gooien. Kinderen die problemen ondervinden op dit ontwikkelingsgebied zijn vaak kinderen die houterig bewegen, heel onhandig zijn, veel vallen en moeilijk nieuwe vaardigheden aanleren. Een goed ontwikkelde grove motoriek vereist veel oefening. Wij bekijken waar het probleem zich situeert en hoe we de vaardigheden waarin een kind vastloopt stapsgewijs kunnen opbouwen.
Fijne motoriek
Fijnmotorische vaardigheden zorgen voor het vloeiend en soepel kunnen bewegen en samenwerken van de handen en vingers, zoals bij knippen, kleuren, knutselen, enzovoort.
Een goed ontwikkelde fijne motoriek is één van de voorwaarden voor de ontwikkeling van een vlot en vloeiend handschrift in de lagere school. Daarnaast is een goede gedifferentiëerde fijne motoriek ook noodzakelijk voor alledaagse vaardigheden. We denken hierbij aan het zich vlot kunnen aan- en uitkleden, verschillende soorten sluitingen zelf gemakkelijk kunnen openen of dichtmaken, eten met mes en vork, enzovoort.
Wij onderzoeken eerst waar de basis van het probleem zich bevindt. We bouwen van hieruit geleidelijk aan op naar een functionele uitvoering van de vaardigheden om de zelfstandigheid van kinderen te bevorderen.
Visuele waarneming en visuomotoriek
Bij visuele waarneming draait het om hoe ruimtelijke probleemstellingen binnenkomen en verwerkt worden. Kunnen afstanden ingeschat worden, is de oriëntatie van figuren gekend, wordt een verschil in grootte correct waargenomen, … Dit is vaak een voorwaarde voor de ontwikkeling van schoolse vaardigheden. Wanneer dit onvoldoende verworven is, heeft het kind moeite om letters en cijfers vlot te herkennen of verschillende letters samen te voegen tot een woord. Dit beïnvloedt het leerproces.
Een goede visuomotoriek zorgt ervoor dat de visuele waarneming aan de motorische uitvoering kan gekoppeld worden. Dit gaat dan over oog-handcoördinatie, vlot bewegen in de ruimte, schrijven, puzzelen, tekenen, … Dit kan zowel tijdens grof- als fijnmotorische oefeningen getraind worden.
Relaxatie
Ons leven is vaak heel druk. Dit geldt zowel voor volwassenen, maar ook kinderen hebben vaak last van deze drukte. Ze gaan naar school, hebben nadien nog taken af te werken voor ze naar hun hobby gaan en zien ouders die zich van hot naar her haasten.
Zeker voor een kind met leerstoornissen of ontwikkelingsproblemen kan de spanning soms hoog oplopen. Want zij hebben vaak wat extra tijd nodig om taken af te werken. En worden vaak geconfronteerd met hun beperking wanneer ze andere kinderen zien sporten/knutselen/… Deze spanning kan zich op verschillende manieren uiten: een vorm van stress, een laag zelfbeeld, faalangst of gedragsmoeilijkheden.
Op heel jonge leeftijd kunnen trage sensomotorische oefeningen stress reduceren aan de hand van speelse motorische bewegingsopdrachten. Bij oudere kinderen wordt gezocht naar een geschikte relaxatietechniek, die toegepast kan worden in stresssituaties.
Schrijfmotoriek
Schrijfmotorische begeleiding kan zowel bij kleuters voor de voorbereidende schrijfmotoriek, als bij lagere schoolkinderen om het handschrift te verbeteren in kwaliteit, tempo en uitvoering.
Een motorisch schrijfprobleem kenmerkt zich door een moeilijk leesbaar handschrift, traag tempo, traag leerproces of pijn die ontstaat bij het schrijven.
Aan de hand van testing kunnen we bepalen waar het probleem zich situeert. Zit dit zuiver in de coördinatie van de vingers en de hand, moet er verder gekeken worden naar de algehele lichaamshouding of is er een probleem in de samenwerking tussen ogen en hand?
Op basis hiervan worden oefeningen aangeboden die specifiek op deze aspecten verbetering gaan uitlokken. Het draait dus niet enkel om het herhaaldelijk maken van schrijfopdrachten tot we er een boek van kunnen maken. Maar we pakken echt de basis van het probleem aan.
Musculoskeletale revalidatie
Musculoskeletale therapie omvat alles wat met het bot- en spierstelsel te maken heeft. Bij jonge kinderen kunnen deze klachten ontstaan tijdens het sporten of door de groei. Afhankelijk van de oorzaak is manuele therapie in de praktijk noodzakelijk en stellen we een oefenprogramma op. Waardoor het kind er thuis verder mee aan de slag kan en er sneller positieve resultaten kunnen bekomen worden.
Typ10
Met het Typ10 programma leren kinderen op een speelse manier blind typen.
Het programma richt zich op kinderen vanaf 9 jaar. Kinderen die moeilijkheden hebben met schrijven mogen vaak lessen volgen en toetsen maken op de computer. Om dit vlot te laten verlopen is het handig dat ze vlot blind leren typen. Voor hen bieden we één op één therapie aan. Mits doktersvoorschrift kan hiervoor tussenkomst van de mutualiteit bekomen worden.
Ook voor kinderen zonder specifieke problematiek, kan het handig zijn om deze vaardigheid onder de knie te hebben. De wereld raakt alsmaar meer gedigitaliseerd. Hiervoor bieden wij groepslessen aan, weliswaar in beperkte groep.
Neurologische revalidatie
Deze vorm van revalidatie is gericht op kinderen die een pathologie hebben aan het zenuwstelsel. Dit kan een beschadiging zijn aan de zenuwen, aan het ruggenmerg of in de hersenen zelf. De diagnoses zijn uiteenlopend: CP, waterhoofd, spina bifida, Duchenne, CMV, Down, …
Hier is de revalidatie uitgebreider dan bij andere aandoeningen. Wij bieden uiteraard oefentherapie aan in de praktijk, maar helpen jullie ook graag op weg in de zoektocht naar hulpmiddelen, aanpassingen voor thuis of op school, tips voor thuis en eventueel opvolging bij de arts.
Bij ernstige problemen is het vaak aangeraden dat er een Bobath-therapeut ingeschakeld wordt. Hoewel al onze therapeuten voldoende neurologisch geschoold zijn, hebben wij geen erkende Bobath-therapeut in de praktijk. Indien hier nood aan is gaan wij graag in overleg met Bobath-therapeuten in de buurt. In samenspraak met jullie wordt dan ofwel de overstap gemaakt of een samenwerking aangegaan, afhankelijk van wat praktisch haalbaar is.